Jurisprudentie

  • Op 27 juni 2023 heeft de rechtbank Noord-Holland in zaaknummer HAA 20/2158 prejudiciële vragen aan HvJ EU door rechtbank met betrekking tot de indeling van met ethanol veresterde visolie.

  • In de zaak 307/23 G GmbH zijn prejudiciële vragen gesteld ter zake van de douanewaarde. Daarbij is de vraag gesteld in hoeverre de kosten voor in het douanegebied van de Unie vervaardigde printsjablonen voor etiketten moeten worden opgeteld bij de transactiewaarde, indien de in het douanegebied van de Unie gevestigde koper de printsjablonen kosteloos in elektronische vorm ter beschikking stelt van de leveranciers in het derde land.

  • De rechtbank Noord-Holland heeft op 13 juni 2023 in zaak HAA 21/2033 geoordeeld over de indeling van een zogenoemde Glucose Ketonen Index Kit. Omdat het wezenlijk karakter van de GKI-kit wordt bepaald door de meter en de meter moet worden ingedeeld onder GN-post 9018, komt de rechtbank tot het oordeel dat verweerder de GKI-kit terecht heeft ingedeeld onder GN-onderverdeling 9018 9084. Het beroep moet daarom ongegrond te worden verklaard.

  • De rechtbank Noord-Holland heeft op 17 februari 2023 uitspraak gedaan in de zaaknummers: HAA 20/1701 en HAA 20/1703. In twee uitspraken op bezwaar heeft verweerder de bezwaren van eiseres gericht tegen twee utb’s niet-ontvankelijk verklaard wegens termijnoverschrijding. Eiseres stelt dat de twee utb’s niet bestaan, althans haar niet hebben bereikt. Naar aanleiding van overleg ter zitting hebben partijen de rechtbank meegedeeld dat eiseres niet langer betwist dat de utb’s bestaan en dat verweerder eiseres niet meer zal tegenwerpen dat te laat bezwaar is gemaakt tegen deze utb’s. Naar aanleiding hiervan heeft de rechtbank geconcludeerd dat de uitspraken op bezwaar geen stand kunnen houden. Als aan eiseres niet wordt tegengeworpen dat zij te laat bezwaar heeft gemaakt, kunnen de bezwaren niet niet-ontvankelijk worden verklaard.

  • De rechtbank Noord-Holland heeft op 19 juni 2023 in de gevoegde zaken HAA 19/3034 en HAA 19/3035 een prejudiciële vraag gesteld aan het Hof van Justitie van de EU over geldigheid van Uitvoeringsverordening (EU) 1194/2013 ter zake van antidumpingrechten op biodiesel van oorsprong uit Argentinië en Indonesië.