Jurisprudentie

  • In de zaak AWB 11/1344 heeft de Rechtbank Haarlem op 21 december 2011 uitspraak
    gedaan en geoordeeld dat de aanvraag voor een vergunning passieve verdeling terecht
    is afgewezen omdat de wezenlijke belangen van de communautaire veredelaars ernstig
    wordt geschaad. De rechtbank legt het begrip veredelaar uit.

  • De Rechtbank Haarlem heeft in de zaaknrs. AWB 10/6308, AWB 10/6309 en AWB 10/6310 op
    21 december 2011 uitspraak gedaan ter zake van de indeling van balastgewichtsystemen.
    In geschil is of de UTB terecht is opgelegd. Eiseres stelt zich primair op het
    standpunt dat indeling dient plaats te vinden onder goederencode 8432 9000. Eiseres
    stelt zich subsidiair op het standpunt dat indeling dient plaats te vinden onder
    goederencode 7325 1099. De inspecteur staat goederencode 8708 9997 voor. De rechtbank
    is van oordeel dat de ballastgewichtsystemen de tractor geschikt maken voor
    bijkomende werkzaamheden die verband houden met de hoofdfunctie van de tractor en
    daarom als toebehoren van de tractor moeten worden ingedeeld onder post 8708. De
    hoofdfunctie van een tractor is het rijden op onverharde/onregelmatige (land- en
    tuinbouw)terreinen. De bijkomende of bijzondere werkzaamheid van een tractor bestaat
    erin dat allerlei bijzondere (landbouw)werktuigen gebruikt kunnen worden met behulp
    van de tractor. Door het bevestigen van het ballastgewichtsysteem aan de op de
    tractor bevestigde fronthefinriching/driepuntstang, wordt de tractor geschikt gemaakt
    voor het gebruik van die werktuigen. Zonder gebruikmaking van het juiste
    ballastgewichtsysteem kunnen, zo is door eiseres niet dan wel onvoldoende weersproken
    gesteld, de (landbouw)werktuigen niet effectief worden gebruikt. Hoewel dit
    onvoldoende is om het ballastgewichtsysteem als een deel van een werktuig of machine
    te kunnen beschouwen, is het voldoende om het ballastgewichtsysteem als toebehoren
    van de tractor aan te merken. Het gelijk is wat betreft de indeling aan verweerder.

  • In de gevoegde zaken AWB 11/587 en 11/588 heeft Rechtbank Haarlem op 20 december 2011
    uitspraak gedaan over de indeling van bamboeplaten. De rechtbank is van oordeel dat
    met de woorden 'op dergelijke wijze gelaagd hout' in de GS-toelichting op post 4412
    wordt verwezen naar hetgeen in die toelichting over de gelaagde opbouw van triplex-
    en multiplexhout is opgenomen en niet naar het materiaal waaruit de eerder in de
    toelichting genoemde lagen moeten bestaan. Ware dit anders en zou, gelijk eiseres
    voorstaat, de buitenlaag van de categorie 'op dergelijke wijze gelaagd hout' uit
    fineer moeten bestaan, dan zou in de visie van eiseres een bamboeproduct nooit onder
    GN-code 4421 1000 kunnen worden ingedeeld, aangezien bamboestrippen, ook als zij aan
    elkaar geplakt zijn, niet zijn aan te merken als fineer. De rechtbank vindt voor haar
    oordeel steun in de hiervoor onder 2.5 genoemde uitspraak van de Rechtbank van Eerste
    Aanleg te Brussel van 6 september 2011. Gelet op de objectieve kenmerken en
    eigenschappen van het product moet het worden ingedeeld onder post 4412 1000.
    Indeling onder post 4421 is daarom niet mogelijk. Het gelijk is derhalve aan
    verweerder.

  • De Rechtbank Haarlem heeft in zaak AWB 11/3858 op 22 december 2011 uitspraak gedaan
    ter zake van de indeling van screenplays (toestellen voor het opslaan op hun harde
    schijf van bestanden afkomstig van de computer, waaronder video-, muziek- en
    fotobestanden in diverse gangbare formaten). Uit de objectieve kenmerken en
    eigenschappen blijkt dat de producten video-, muziek- en fotobestanden in een voor
    een tv bestemd signaal (pal/ntsc) kunnen converteren en via de daarvoor geëigende
    aansluitingen aan een tv- of videomonitor voor weergave daarop, kunnen aanbieden.
    Hieruit volgt dat de producten ook videoweergaveapparaten zijn als bedoeld onder post
    8521.

  • De Rechtbank Haarlem heeft in de zaaknr. AWB 10/7032 op 20 december 2011 geoordeeld
    dat de buitenkant van de fietstas, zoals dit waarneembaar is met het blote oog, van
    kunststof is. Het beroep op artikel 220, lid 2, onder b, van het CDW slaagt (beroep
    gegrond).