Preferentiële regelingen

  • De huidige voorschriften en procedures voor de associatie tussen de EU en de LGO zijn
    vastgesteld bij Besluit 2001/822/EG van de Raad van 27 november 2001 (PB L 314 van 30
    november 2001). De Europese Commissie heeft op 16 juli document COM(2012) 362 final
    gepubliceerd waarin een voorstel is opgenomen voor een Besluit van de Raad
    betreffende de associatie van de landen en gebieden overzee met de Europese Unie
    ('LGO-besluit'). In het voorstel is rekening gehouden met een verlegging van de focus
    van de associatie van armoedebestrijding en ontwikkelingssamenwerking naar een meer
    wederkerige relatie die gericht is op de duurzame ontwikkeling van de LGO, Ook wordt
    onderstreept dat onder meer problemen inzake milieu en klimaatverandering een
    prioriteit moeten vormen voor de toekomstige betrekkingen met de LGO en zijn er
    aanbevelingen van de studies inzake handel en handelsgerelateerde aspecten in het
    voorstel opgenomen.

  • Als gevolg van de toepassing van het nieuwe systeem van diagonale cumulatie werd bij
    Verordening (EG) nr. 1617/2006 van 24 oktober 2006 (PbEU L 300 van 31 oktober 2006 –
    In- en uitvoernieuws 2006-1637-PRR) vastgesteld dat nieuwe bewijzen van preferentiële
    oorsprong moeten worden gebruikt, bestaande uit certificaten inzake goederenverkeer
    EUR-MED en factuurverklaringen EUR-MED. Verordening (EG) nr. 1207/2001 werd daarom
    bij Verordening (EG) nr. 1617/2006 gewijzigd om ook betrekking te hebben op deze
    bewijzen van preferentiële oorsprong. In PbEU L 208 van 3 augustus 2012 is een
    rectificatie gepubliceerd van Verordening (EG) nr. 1617/2006 van de Raad van 24
    oktober 2006 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1207/2001 als gevolg van de
    invoering van de pan-Euro-mediterrane cumulatie van de oorsprong.

  • De Europese Commissie heeft in PbEU 2012, C 232 een bericht aan importeurs
    gepubliceerd ter zake van de invoer vanuit Israël in de EU. Marktdeelnemers zijn er
    reeds eerder op gewezen dat producten die zijn geproduceerd in de Israëlische
    nederzettingen binnen het grondgebied dat sinds juni 1967 onder Israëlisch bestuur is
    gebracht, niet in aanmerking komen voor een preferentiële tariefbehandeling op grond
    van de associatieovereenkomst tussen de EU en Israël. Hoewel de regeling met de
    bestaande procedures adequaat functioneert, dient volgens de Commissie de manier
    waarop zij in de EU tot uitvoering wordt gebracht verder te worden geoptimaliseerd.
    Om die reden worden importeurs ervan in kennis gesteld dat de bijgewerkte lijst van
    plaatsen en hun postcodes die niet in aanmerking komen, vanaf heden op de thematische
    website van de Commissie beschikbaar is.

  • De douane roept exporteurs en logistieke dienstverleners op zich te melden bij de
    Kamers van Koophandel en bij de kantoren van de Douane als zij gebruik willen maken
    van de vernieuwingen bij het afgeven van preferentiële bescheiden bij de invoer van
    de Nederlandse producten in derde landen.

  • De Euro-mediterrane Interim-associatieovereenkomst voor handel en samenwerking tussen
    de EU en de PLO voorziet in de oprichting van comités ('subcomités') die het Gemengd
    Comité EU-PLO bij de uitoefening van zijn taken kunnen bijstaan. De Palestijnse
    Autoriteit heeft een verzoek ingediend om het aantal subcomités met zes uit te
    breiden. Een van de zes subcomités van het Gemengd Comité EU-PLO betreft de
    oprichting van het Subcomité handel en interne markt, industrie, landbouw en
    visserij, douane.