Rechtspraak
Uitspraakdatum | Titel |
---|---|
1 februari 2001 |
Voorlopige voorziening: art. 8:81 en art. 8:84 Awb; onverwijlde spoed;
Gemeenschappelijk douanetarief: post versus post ; Bindende
Tariefinlichting De Voorzitter van de Tariefcommissie wijst het verzoek om een voorlopige |
1 februari 2001 |
Gemeenschappelijk douanetarief: post versus post ;
monsterneming, monsteronderzoek , heronderzoek: art. 6, zesde lid, Douanewet;
verificatieprocedure; grondslag toepassing GDT: art. 71, eerste lid, CDW De Tariefcommissie acht het onderzochte monster representatief voor de ten |
1 februari 2001 |
Douanerechtspraak 2001/7, RECHTBANK 's-Gravenhage, 1 februari 2001 De Tariefcommissie acht het onderzochte monster representatief voor de ten |
1 februari 2001 |
Douanerechtspraak 2002/8, RECHTBANK 's-Gravenhage, 1 februari 2001 Voor Suriname is niet volgens de voorschriften een instantie, die bevoegd is |
1 februari 2001 |
Vergunning bijzondere bestemmingen, bewijs Het volgen van de bijzondere bestemming van de goederen dient te worden |
1 februari 2001 |
Voorlopige voorziening: art. 8:81 en art. 8:84 Awb; douanewaarde;
conservatoir derdenbeslag; schending motiveringsbeginsel: art. 3:46 en art. 3:47
Awb Naar het oordeel van de inspecteur is een te lage douanewaarde vermeld op |
1 februari 2001 |
Bevoegde lidstaat: art. 215, derde lid, CDW; niet-zuivering carnet TIR;
douaneschuld: art. 204, eerste lid, letter a, CDW; aansprakelijkheid;
schuldenaar: art. 96 CDW; fraude, bewijs, gelijkheidsbeginsel;
vertrouwensbeginsel; waarschuwingsplicht Vaststaat dat de op het carnet TIR vermelde goederen hun bestemming niet |
1 februari 2001 |
Douanerechtspraak 2001/8, RECHTBANK 's-Gravenhage, 1 februari 2001 De Tariefcommissie bevestigt de uitspraak,waarin het bezwaar |
1 februari 2001 |
Douanerechtspraak 2002/9, RECHTBANK 's-Gravenhage, 1 februari 2001 De goederen zijn niet aangebracht op het kantoor van bestemming. De |
1 februari 2001 |
Gemeenschappelijk douanetarief: posten , en ,
Aantekening 5A, letter a, en 5 E op Hoofdstuk 84 In geding is de indeling van een toestel dat maximaal van 30 meetinstrumenten |