Jurisprudentie

  • In de zaak 04/122 heeft de inspecteur naar het oordeel van de Douanekamer van het
    Gerechtshof Amsterdam zijn stellingen dat niet drie verschillende categorieën
    gemarineerde kip voor het vrije verkeer zijn aangegeven, maar slechts één categorie,
    nl. niet gekruide kip, tegenover de nadrukkelijke betwisting van belanghebbende niet
    waargemaakt. Niet is aannemelijk geworden dat de onderzochte zendingen representatief
    zijn voor alle zendingen kipfilet met een marinade van 6%, laat staan dat zulks het
    geval is voor de 'sterker' gemarineerde zendingen (16 en 26%). De resultaten van
    monsteronderzoeken en heronderzoeken van in 1997 aangegeven andere zendingen kipfilet
    kunnen niet mede van toepassing worden geacht op de onderhavige zendingen. Derhalve
    komt de door de inspecteur verdedigde -voornaamste - grondslag aan de afwijking van
    de in de aangiften vermelde post van het GDT te ontvallen. De aangegeven post van het
    GDT, 1602 32 11 moet worden gehandhaafd. Beroep gegrond.

  • Het Hof van Justitie (Vijfde kamer) heeft op 22 mei 2008 arrest gewezen ter zake van
    het verzoek om een prejudiciële beslissing betreffende de uitlegging van de posten
    6403 en 6404 van de gecombineerde nomenclatuur. Het hoofdgeding betrof de
    tariefindeling van een sandaal waarbij het de vraag was of het bovendeel van het
    schoeisel van textiel was (GN code 6404 19 90 standpunt Deense douaneadministratie)
    of dat het bovendeel als leder moest worden aangemerkt (indeling onder GN post 6403
    99 33). Met zijn tweede vraag wenste de verwijzende rechter te vernemen of
    aanvullende aantekening 1 op hoofdstuk 64 van de GN geldig is uit het oogpunt van
    aantekening 4, sub a, op dit hoofdstuk. Het Hof heeft geoordeeld dat een dergelijke
    sandaal onder post 6404 van de gecombineerde nomenclatuur wordt ingediend indien het
    textiel van het bovendeel van deze sandaal na verwijdering van de stukken leder de
    functie van een bovendeel vervult, dat wil zeggen voldoende grip op de voet biedt om
    de gebruiker van deze sandaal in staat te stellen ermee te lopen. Indien het textiel
    van het bovendeel van deze sandaal na verwijdering van de stukken leder niet de
    functie van een bovendeel vervult, dat wil zeggen onvoldoende grip op de voet biedt
    om de gebruiker van deze sandaal in staat te stellen ermee te lopen wordt het
    schoeisel onder post 6403 van de GN ingedeeld. Aanvullende nota 1 op hoofdstuk 64 van
    de GN is verenigbaar met aantekening 4, sub a, op dit hoofdstuk.

  • In hoger beroep heeft de Douanekamer van het Gerechtshof Amsterdam (zaaknummer 06/79)
    op 08-04-2008 geoordeeld in een geschil of de rechtbank terecht heeft geoordeeld dat
    de producten waarvoor de BTI’s zijn afgegeven, dienen te worden ingedeeld onder post
    8703 10 18 van de GN, zoals ook de inspecteur in de BTI’s heeft beslist, dan wel of
    post 8713 90 00 (invalidewagens) van toepassing is, die belanghebbende voorstaat. Het
    komt de Douanekamer onwaarschijnlijk voor dat de onderhavige voertuigen, zoals deze
    in de BTI-aanvraag en in de BTI-tekst zelve zijn omschreven, en zoals deze ter
    zitting met behulp van videobeelden zijn geadstrueerd, door mensen in het algemeen
    worden gebruikt, zonder dat er sprake is van een probleem inzake hun lichamelijke
    mobiliteit. Hieruit leidt de Douanekamer af dat de goederen de objectieve eigenschap
    hebben om speciaal te worden gebruikt door invaliden. Uit het overwogene volgt dat
    het gelijk aan belanghebbende is. De uitspraak van de rechtbank, de uitspraak op
    bezwaar en de BTI’s moeten worden vernietigd.

  • Naar aanleiding van de zaak 05/495 DK heeft de Douanekamer van het Gerechtshof te
    Amsterdam op 10 april 2008 prejudiciële vragen gesteld aan het Hof van Justitie. In
    geschil was of een verzoek om teruggaaf terecht is afgewezen. Nu echter niet meer in
    geschil was dat de ventilatoren uitsluitend gebruikt zouden worden als onderdeel van
    een computer ('automatische gegevensverwerkende machines' van post 8471), en dat voor
    het goed functioneren van computers koeling van de CPU onmisbaar was, moeten zij met
    toepassing van algemene regels 1 en 6, en met inachtneming van de aantekening 2,
    aanhef en onderdeel b, op Afdeling XVI van de GN, worden ingedeeld onder post 8473 30
    90. De Douanekamer wenst het oordeel van het Hof van Justitie te vernemen ter zake
    van de Verordening (EG) nr. 384/2004 van de Commissie van 1 maart 2004, voorzover
    volgens die verordening post 8414 59 30 van de gecombineerde nomenclatuur de
    omschreven goederen omvat en - indien de verordening ongeldig is - kan het
    gemeenschappelijk douanetarief dan zo worden uitgelegd dat deze goederen moeten
    worden ingedeeld als 'delen en toebehoren van de machines bedoeld bij post 8471' van
    postonderverdeling 8473 30 90 van de GN?

  • In geschil is de GN-indeling van een flessenhouder die zo is ontworpen dat er een
    wijnfles in kan worden geplaatst. Het wezenlijk kenmerk van de flessenhouder is
    primair de verfraaiing of versiering van het koelelement. Nu het utilitaire karakter
    ontbreekt, kan de bestemming van de flessenhouder, geen andere kan zijn dan de
    verfraaiing of versiering van het koelelement. De bestemming is daarom inherent aan
    de flessenhouder. De bestemming is daarmee een objectief kenmerk welke bij de
    tariefindeling in acht moet worden genomen. Indeling mogelijk onder GN-code 7326 90
    98 en 8306 29 90. Indelingsregel 3a schrijft voor dat het product moet worden
    ingedeeld onder 8306 29 90.